H

et plan om spaargeld en ander vermogen zoals beleggingen anders te belasten, ook wel de ‘spaartaks’ genoemd, is van de baan. Volgens staatssecretaris Vijlbrief werd er in dat plan een te groot verschil gemaakt tussen het bedrag dat over rendementen uit beleggingen zou worden betaald ten opzichte van wat er over spaarrente betaald zou worden.

Belasting in box 3: huidige situatie

Inkomsten uit sparen en beleggen worden belast in box 3. Nu wordt uitgegaan van een fictief rendement. Hoe hoger je vermogen, hoe hoger het fictieve rendement. Momenteel loopt dit op van minimaal 1,79% tot maximaal 5,28%. Over dit fictieve rendement betaal je 30% belasting.

Belasting in box 3: oorspronkelijke plan vanaf 2022

Oorspronkelijk was het idee om vanaf 2022 spaargeld anders te belasten dan overig vermogen zoals beleggingen. Dit vanwege de extreem lage spaarrente die al een aantal jaren aanhoudt. Op die manier zouden vermogensinkomsten eerlijker worden belast.

Er wordt aan een nieuw plan gewerkt

Vijlbrief zou het liefst het werkelijke rendement in box 3 belasten, maar dit is onuitvoerbaar omdat de belastingdienst dit rendement niet kent. Daarom wil hij een simpeler en eerlijker systeem invoeren.

In het nieuwe plan moet de kleine spaarder en belegger worden ontzien. Dit kan door het bedrag waarover spaarders en beleggers geen belasting betalen fors te verhogen. De bewindsman maakt hierbij wel de kanttekening dat dit dan wel mogelijk moet zijn.

Heb je hier nog vragen over? Neem dan contact met ons op.